Een app die je cosmetische producten scant en precies vertelt welke ingrediënten erin zitten en of deze mogelijk giftig voor ons is of niet: een droom, niet?
Juist, een droom en ver van de realiteit want zulke apps doen niet wat ze beloven en komen zelfs niet in de buurt.
We zullen hun tegenstrijdigheden hieronder in detail opsommen, maar wat ons het meest choqueert, is dat ze de Europese wetten volledig negeren. Ter herinnering: elk cosmetisch product dat op de Europese markt wordt gebracht, moet:
- Bericht worden op CPNP, de Cosmetic Product Notification Portal waar alle cosmetica moet worden geregistreerd voordat een uniek CPNP-nummer kan worden ontvangen.
- Beschikken over een Product Information File (PIF) die alle tests en documenten bevat die gekoppeld zijn aan de ingrediënten en het eindproduct, evenals een veiligheidsbeoordeling ondertekend door een veiligheidsassessor die zijn/haar persoonlijke verantwoordelijkheid neemt.
- Een verantwoordelijke persoon hebben die gevestigd is binnen de Europese Unie.
Wanneer een product voldoet aan het tweede punt, wordt het door een professional in toxicologie automatisch gecertificeerd als ‘veilig’ voor de menselijke gezondheid. Daarom is het niet nodig dat de consument zelf begint met het scannen van de INCI-lijsten, omdat een degelijke professional het voor hen al doet. Maar hoe weten we of een product daadwerkelijk een PIF heeft? Er is jammer genoeg geen manier. Is het niet geweldig? Maar dat zal het onderwerp zijn van een ander artikel. Laten we ons nu concentreren op de redenen waarom die apps zo inefficiënt zijn.
Een gebrek aan betrouwbare gegevens
Van de 800 000 cosmetische producten die momenteel op de Europese markt worden verkocht, zijn 10% nieuwkomers die nog compleet onbekend zijn voor de databases die de apps gebruiken. Voor de rest verandert de overgrote meerderheid de formule binnen 1 tot 3 jaar. Zelfs als de formule verandert, doet de streepjescode dat niet, wat betekent dat de apps niet de formule scannen die zich inderdaad in een product bevindt, maar een formule die in een database is ingevoerd toen het product voor het eerst op de markt werd gebracht.
Een gebrek aan kennis over de reglementering en formulering van cosmetica
Alle apps die we momenteel op de markt vinden, zijn gemaakt door privébedrijven die niet zijn vergezeld door professionals. Dat maakt het een groot probleem, omdat het betekent dat ze geen legitimiteit hebben om de formuleringen van de producten te beoordelen, omdat het noch neutrale overheidsstructuren zijn, noch associaties van professionals binnen de cosmetische industrie of zelfs privé-bedrijven die, bij wonder, toegang zouden hebben gehad tot de exacte formulering om de veiligheid van een product te kunnen beoordelen.
Op geen enkel moment wordt rekening gehouden met de concentratie van ingrediënten, wat echter van vitaal belang is om de gevaarlijke aard van een ingrediënt te kunnen bepalen. Elke goede en zichzelf respecterende toxicoloog zal je vertellen: “het is de concentratie die het gif maakt”. Als deze gegevens niet beschikbaar zijn, is dit eenvoudigweg omdat het het privéterrein is van de cosmeticamerken die maandenlang in hun laboratoria hebben gewerkt aan de ontwikkeling van hun unieke formulering(en). Je kent de exacte formulering van Coca-Cola ook niet, of wel?
Last but not least: de apps houden geen rekening met het gebruik van de producten zelf. De formulering van een shampoo die na 5 minuten door de afvoer gaat, kan ingrediënten bevatten die een leave-on crème die je de hele dag zult dragen, niet kan bevatten. Ook hier zou het opportuun geweest zijn om nuances toe te voegen, maar zulke info wordt gewoonweg achterwege gelaten.
Vanzelfsprekend kan dit gebrek aan kennis over de cosmetische formulering en reglementering redelijkerwijs geen betrouwbare resultaten opleveren.
Tegenstrijdigheden en vage beoordelingsmethoden
Eénzelfde product kan op verschillende manieren worden opgemerkt door verschillende apps, wat ons enigszins verbijstert over de beoordelingsmethoden die door elke app worden gebruikt. In dit verband hebben we ook opgemerkt dat geen van de beoordelingsmethoden duidelijk door een van hen is gedefinieerd.
Ten slotte wordt de door de apps gebruikte database niet regelmatig bijgewerkt en sommige worden zelfs door de consument zelf bijgewerkt, waardoor de foutenmarge toeneemt.
Met z’n allen in hetzelfde schuitje
Als je een kind, een zwangere vrouw of een man bent die bijv. allergisch is voor Linalool, maken de apps het verschil niet. Laten we een concreet voorbeeld nemen om ons punt te verduidelijken: er zijn 26 allergenen die moeten worden vermeld op het etiket van cosmetische producten. Die stoffen, die voor de meerderheid van hen uit de natuur komen, kunnen allergische reacties veroorzaken bij mensen die er gevoelig voor zijn. Met andere woorden, ze hebben geen ongewenste effecten op andere mensen. Toch beoordelen de apps allergenen als gevaarlijke stoffen en verlagen ze de beoordeling van de producten die ze bevatten.
Als een conclusie en zoals je wel al hebt begrepen, zijn zo’n apps alleen succesvol omdat ze surfen op de marketing van angst, zo in de mode op dit moment. Het is gezond dat mensen proberen bewuster te zijn van wat ze consumeren, maar in dit geval zijn die apps geen waardevolle partner en bieden ze zeker en vast geen meerwaarde omdat ze niet betrouwbaar en ook niet geloofwaardig zijn.
De oplossing om echt een verschil te maken zou zijn om een app te maken die in staat is om te laten zien of een product een PIF heeft of niet, om de verantwoordelijke persoon en de veiligheidsassessor te noemen die aan de veiligheidsbeoordeling van het product hebben gewerkt. We kunnen ook een kennisgeving van allergenen toevoegen om allergici te helpen bepaalde producten te vermijden en de duurzaamheid van het product te beoordelen. Alleen met zo’n tool zouden we volledig transparant en trouw aan de consument kunnen zijn. Als er een tech-nerd in de kamer is, zijn we er zeker van dat hier wat zaken te doen zijn!